Tekst door Willie Stehouwer, Curator van TENT., december 2006
Marcelle van Bemmel werkt vaak met licht en (water) spiegelingen. Materialen die geen eigen vorm hebben, maar hun visuele verschijning ontlenen aan de ruimte waar ze zich bevinden of de objecten waarin ze worden gevangen (gehouden) Doorgaans kiest ze voor tijdelijke kunstwerken. Haar performances tussen 1982 en 1990 waren een voortdurende poging om de onzichtbare wereld binnen te treden. Door middel van reconstructie probeerde ze de toeschouwer bewust te maken van bepaalde niet zichtbare gebeurtenissen, zoals het onzichtbare proces van de evolutie en het beleven van tijd. De beelden en installaties die Marcelle van Bemmel maakt sinds 1990 hebben meer betrekking op de emoties van de mens. De ervaringen die de maker en de kijker bij kunstwerken ondergaan en totaal verschillend kunnen zijn. Zo speelt ze met emblemata ( zinnebeeldige platen met motto of bijschrift) waarvan de betekenis geenszins vaststaat. Daarnaast bouwt zij installaties in de buitenlucht welke in de loop van de tijd versmelten met het landschap doordat het kunstwerk als materieel object geheel wordt overwoekerd en verdwijnt. De laatste jaren gebruikt Marcelle van Bemmel naast transparante en “vormloze” materialen ook materialen die reflectie teweeg brengen. Haar installatie Wisteria baadt in een blauw licht . lampen, ondergedompeld in met water gevulde emmers, gloeien traag aan en uit. De tule schermen erboven werpen schaduwen die meebewegen op het ritme van het licht. Het is alsof de ruimte ademt en als één groot orgaan tot leven komt. Om dit zelf te beleven wordt het publiek uitgenodigd zich vrijelijk door de installatie te bewegen.